De oprichting van Schutterij St. Hubertus
Het St. Hubertus Schutzen Buch is vanaf de oprichting in juli 1843 de ziel van de vereniging.
Hierin wordt tot op heden het hele wel en wee van St. Hubertus vermeld, en zodoende veel informatie bewaard voor het nageslacht.
Het imposante schuttersboek is geschonken door M.J. Scheepers, veearts en de eerste generaal. De toenmalige pastoor K.K. Dircks geeft in zijn inleidende woorden aan dat men hem beloofd had dat aan die dansparteien die voorheen den ganschen nacht door duurden en waarheen jongelingen en jonge dochters uit de omstreken in menigte heen kwamen niet meer zouden plaats hebben, wanneer zulke vereeniging tot stand kwam. Verder overtuigd "dat er niets kwaads in zulke vereeniging zit, heeft de pastoor zijn toestemming met veel genoegen gegeven en eene werkzame hand er aan verleend.
Met zijn sierlijk handschrift laat de pastoor ons verder weten: De menschen moeten met iets bezig zijn en wanneer ze zich daarmee bezig houden, ontbreekt hen de tijd om kwaad te doen, en hun geest heeft eene aangename en geoorloofde uitspanning. Naast zijn, nog steeds, actuele teksten maakte de parochieherder ook enkele kleurrijke tekeningen.
De zilveren koningsvogel, nu wel eens gekscherend Twietie genoemd, stamt eveneens uit 1843 en is geschonken door de eerste koning Johann Theodor Bemelmans.
In de beginjaren leidde de Broederschap zoals de vereniging ook wel werd genoemd een bescheiden bestaan. Tussen 1848 en 1877 waren er zeer waarschijnlijk weinig activiteiten. Er zijn in die jaren nauwelijks aantekeningen in het schuttersboek gemaakt en er zijn maar enkele koningsplaten bewaard gebleven. In de jaren daarna is er geregeld koningsvogelschieten zodat in 1880, 1882 en 1883 het koningszilver met trots door koning P. Senden wordt gedragen.
Uit 1908 zijn Statuten bewaard gebleven waarin enkele opmerkelijke artikelen zijn opgenomen:
Het doel der vereeniging is; oefening in het schieten, lichamelijke ontwikkeling der schutters en gezellige samenkomsten, hetzij door schuttersfeesten of andere te geven of te houden feesten. Twistzoekers en rustverstoorders worden niet als lid toegelaten. Bestuurders- en werkende leden zijn gehouden alle vergaderingen en feesten bij te wonen. Zij, die een vergadering of een feest verzuimen zonder den secretaris en mits grondige reden, hiervan in kennis te stellen, betalen een boete van 15 cent. Dit bedrag verdubbelt zich elke daarop volgende vergadering of feest dat verzuimd wordt. Bestuursleden betalen in alle gevallen het dubbele. De schutters zijn verplicht den raad en het commando van den commandant op te volgen en hem geenszins brutale verwijtingen te doen.
Gedurende beide wereldoorlogen werd de schutterij door, de verplichte inlevering van de wapens en het verbod op het houden van vergaderingen en samenkomsten, op non-actief gesteld. Bij de bevrijding van Ubachsberg in september 1944 nam de schutterij deel aan diverse bevrijdingsoptochten.
Uit het schuttersboek blijkt dat St. Hubertus na de oorlogsjaren pas goed begint te draaien, want de activiteiten, wedstrijden en successen volgen elkaar op.